Drukregelventielen houden de druk in een leidingsysteem op een vooraf gedefinieerde waarde, hetzij aan de ingang van het ventiel (drukhoudventielen), of aan de uitgang van het ventiel (drukreduceerventielen).
De combinatie van 3 factoren zorgt ervoor dat ongewenste drukvariaties in het medium gecorrigeerd worden:
- de specifieke weg die het medium doorheen het ventiel aflegt,
- de instelling van de veer,
- de plaats van het regelmembraan in het ventiel,
1. De weg die het medium aflegt doorheen het ventiel
De weg die het medium doorheen het ventiel aflegt, hangt af van de vorm en de functie van het ventiel. De vormgeving van het ventiel is het resultaat van geavanceerde kennis van vloeistofmechanica, stromingsleer en ervaring. Het ventiel wordt ontworpen in functie van het gebruik en het type medium waarvoor het ventiel bedoeld is.
2. Instellen van de veer in het drukventiel
De veer in het ventiel wordt eenmalig ingesteld met een schroef en een manometer (soms op de leiding, soms op het ventiel zelf). De veer komt onder spanning, waardoor een kracht uitgeoefend wordt op het membraan. De ingestelde veerdruk en de locatie van het membraan in het ventiel zorgen ervoor dat drukvariaties in het medium gecompenseerd worden. In de onderstaande animatie wordt de werking verduidelijkt.