Afsluiters: zo vindt u de juiste diameter
Afsluiter en leiding worden veelal gekozen in dezelfde diameter, terwijl een kleinere afsluiterdiameter vaak voordelen heeft en een nauwkeurige flowregeling mogelijk maakt. Deze keuzehulp helpt u de juiste diameter te vinden.
Selecteer de gewenste afsluiter en leidingdiameter en voer uw procesparameters in. Het werkbereik wordt vervolgens gemarkeerd door twee rode lijnen. Indien deze in het groene bereik liggen is de gekozen afsluiterdiameter toepasbaar - is dit niet het geval, corrigeer het dan als volgt:
- Indien de openingshoek zich in het voorste oranje gedeelte bevindt (“trilling”), selecteer dan een kleinere afsluiterdiameter.
- Als de openingshoek zich in het achterste oranje gedeelte bevindt (“cavitatie”), selecteert u een grotere diameter.
- Als er geen rode lijnen zichtbaar zijn, controleer dan of de flow binnen het bereik van de gekozen afsluiter/diameter ligt. Pas vervolgens uw keuzes aan.
Als u niet zeker bent van de exacte waarde van de inlaatdruk (P1) en uitlaatdruk (P2), adviseren wij u te starten met ΔP = 1 bar/14,5 psi (ΔP = P1-P2).